Handbalfamilie tovert bakkerij om tot lunchroom: ‘De traditie van toen en de smaak van nu’

Handbalfamilie tovert bakkerij om tot lunchroom: ‘De traditie van toen en de smaak van nu’

AD DEN HAAG – Geraldina Metselaar
Foto: © Henriette Guest

De warme bakker Segaar van voorheen veranderde in een gezellige lunchroom met alles erop en eraan. „Onze klanten eten een uitsmijtertje en vertrekken met twee broden.”

„Sinds mijn overgrootvader Markus Segaar in 1905 begon met de bakkerij in de Van der Neerstraat”, vertelt Dieneke Barendse-Segaar (1951), „is er zoveel veranderd. Zijn markante zoon, mijn opa Jan Hubertus Segaar, verhuisde de bakkerij in 1923 naar de Asterstraat. Daarboven heb ik als meisje gewoond. Ook woonde ik er met mijn man en onze twee kinderen. Nu woont mijn dochter er met haar gezin.” 

,,Aangezien mijn ouders drie dochters kregen, kwam een eind aan een decennialange traditie. Telkens nam een zoon de bakkerij over van zijn vader. Gelukkig wilde mijn man de zaak overnemen en na hem nam onze zoon Mark het stokje over.” Ze nipt aan haar cappuccino.

Bonbons

„Vroeger ging je naar de warme bakker voor een halfje wit en een halfje bruin”, vervolgt Dieneke. „Nu kun je brood en banket in alle soorten en maten krijgen. Van tijgerbrood, croissants tot desembrood vol zaden, olijvenbrood, gebak en bonbons. Bovendien kun je bij het merendeel van onze bakkerijen terecht voor thee en koffie, sapjes, tosti’s en vers belegde broodjes. Zeker de bakkerij aan de Fahrenheitstraat veranderde in een fijne ontmoetingsplek/lunchroom voor onder meer de buurtbewoners. Sommigen komen alleen voor brood, anderen drinken een kop koffie, eten een uitsmijtertje en vertrekken dan met twee broden.”

Dat kan haar dochter Susanne Barendse (1975) bevestigen. „Vierenhalve dag per week ben ik te vinden in een van onze acht bakkerijen, voornamelijk die in de Frambozenstraat. Ik vind het gezellig om samen met het verkoopteam te werken en met onze klanten een praatje te maken in de coffeecorner. Vaak zie ik al aan hun gezicht dat het mis is. Ik ben van huis uit sociaal-pedagoge. Als ik onze klanten een luisterend oor kan bieden, word ik blij. Het liefste heb ik dat ze weer fluitend de zaak uitlopen. Scholieren weten ons ook goed te vinden. Voor de saucijzenbroodjes, frikandel- of pizzabroodjes en zoetigheid. Mijn kinderen zijn er ook dol op.”

We zijn wat je noemt een handbalfa­mi­lie

Dochters Mik en Barthy giebelen en hebben de grootste lol met het maken van foto’s op hun mobiel. „We houden van brood hoor”, reageert tiener Barthy tussendoor. „Ik vind de Hubertus Blond erg lekker. Het liefst doe ik er melkchocoladehagelslag op.” Ook haar zusje Mik smikkelt graag. „Ik vind een tosti ham/kaas van casinobrood lekker.” 

Haar moeder lacht. „Gelukkig zijn we allemaal fanatieke handballers. We zijn wat je noemt een handbalfamilie. Mijn 15-jarige neef Luuk wil net als zijn moeder tophandballer worden. Zo hoog als zij spelen, heb ik nooit gedaan hoor.”

Fysiek

Luuk: „Ik wil later zelfs professioneel handballer worden” , meldt hij vastberaden. „Mijn favoriete brood is tijgerbrood. Aan tijgerbrood zit namelijk een krokant korstje. Ik houd ook van een tosti kipfilet. Ja, brood is lekker”, beaamt Luuk, „maar of ik net als mijn vader bakker wil worden? Nee, dat denk ik niet.” 

Zijn vader Mark Barendse (1974) begrijpt dat wel. „Bakker is een mooi beroep. Telkens komen er weer nieuwe soorten brood bij of er zijn ontwikkelingen gaande. Denk aan koolhydraatarm en glutenvrij brood. Alleen moet je ertegen kunnen, dat je meestal ’s nachts in touw bent en het is fysiek zwaar werk.”

Misschien dat hij op een goed moment interesse heeft in de zaak

Samen met zijn zakelijke partner Victor bestiert Mark de acht vestigingen van Bakkerij Segaar in Den Haag. „We zijn te vinden van Kijkduin tot Scheveningen”, vertelt Mark. „Victor verzorgt de bedrijfsvoering, waaronder personeelszaken. Gelukkig hebben wij voldoende medewerkers, zelfs mensen die al jarenlang voor Bakkerij Segaar werken. Daarnaast heeft de combinatie bakkerij/horeca een gunstig effect gehad voor ons en onze klanten. Het zijn fijne ontmoetingsplekken geworden. Mensen komen graag bij ons ontbijten, lunchen en koffiedrinken.” 

Hij kijkt op zijn mobiel hoe laat het is. Later op de middag gaan ze naar de diploma-uitreiking van zijn jongste zoon Siem. „Misschien dat hij op een goed moment interesse heeft in de zaak.”

Bekwaam

Mark: „Ik doe het nu zo’n 28 jaar en ik moet bekennen: een privéleven zit er nauwelijks in. Zes dagen per week begin ik ’s avonds om half twaalf en werk ik tot ’s ochtends half tien. Dan slaap ik overdag een paar uur en rond een uur of tien ’s avonds weer naar bed. De vijf uiterst trouwe bakkers waarmee ik werk vormen een gemêleerd gezelschap. Het zijn vrije geesten. Eentje is bijvoorbeeld kunstenaar, een ander erg op zichzelf.” 

,,Die mannen werken keihard. Zelden of nooit melden ze zich ziek. Ze zijn er altijd om het brood traditiegetrouw en met vakmanschap te bakken. Vandaar ook ons motto: ‘De traditie van toen en de smaak van nu’. Het bijzondere is dat mijn opa ook een eigenzinnige bakker was en een bekwaam vakman. Klanten herkende hem aan zijn hoed, die hij altijd droeg.”

In memoriam Els Withoos
Interview Samir Benghanem